My rating: 4 of 5 stars
Omdat het bijna onmogelijk is om Frank Westermans boek op een andere manier recht te doen, neem ik in deze review hoofdstuk(je) 29 uit het deel Mythedoders over:
In zijn editie van zaterdag 30 augustus citeert The Boston Globe een van de jongste protagonisten aan het wetenschappelijke front. Deze twintiger, Joseph ‘Joe’ Devine, is op de valreep aan het Amerikaanse team toegevoegd.Prachtig, zoals die laatste alinea het hele voorgaande stuk in een ander daglicht zet. En tekenend voor de wijze waarop Westerman dit boek geschreven heeft: een lappendeken van korte, nog kortere en een tikje langere stukjes waarin afwisselend overlevers, wetenschappers, mensen van nu en van toen, Kameroeners en Fransen en Amerikanen en IJslanders en Nederlanders en Israëli en Duitsers en de Kom en een Fon en Bamessi en een slang en nog veel meer nationaliteiten, mensen en andere wezens hun verhaal doen waardoor zij hun eigen en andermans motieven, angsten en belangen blootleggen.
In de lobby van zijn hotel in Bamenda zegt hij: ‘We moeten oppassen dat we de feiten niet zo rangschikken dat ze ons verhaal vertellen. We moeten de feiten de tijd geven om hun eigen verhaal te vertellen.’
Ik zette een streep onder deze zinnen. Joe Devine, de benjamin van de Nyos-onderzoekers, roept zijn collega’s tot de orde: laat je niet opjagen, trek geen overhaaste conclusies. Wat mij aansprak was de manier waarop hij dit verwoordde. ‘We moeten de feiten de tijd geven om ons hun eigen verhaal te vertellen’ is iets anders dan ‘de feiten spreken voor zich’. Het ligt subtieler. Feiten houden om te beginnen hun mond, al rooster je ze boven een vuurtje. Je kunt ze wel een naam geven, maar dat is een onontkoombaar arbitraire bezigheid. Welke naam – dat hangt af van de naamgever.
Devine maant tot zorgvuldigheid. Leg je oor te luisteren op de spoorrails. Komt er in de verte een trein aan? Of is er misschien juist een gepasseerd? In welke richting? Er is kunde voor nodig, én geduld, om te doorgronden welke verbanden (welke ‘verhalen’) er achter de feiten schuilgaan.
Het citaat uit The Boston Globe was – ik kon het niet anders lezen – een verkapte uithaal naar Tazieff. Joe Devine bleek een pupil van Haraldur Sigurdsson.
Waarheid is wat werkt, zei een wijze filosoof (nee, dat is géén pleonasme!) nog niet zo heel lang geleden. Laat dat nu precies zijn wat Frank Westerman met dit boek duidelijk maakt. En hoe gebeurtenissen leiden tot verhalen en mythes, die we nodig hebben Omdat we […] donders goed weten dat al onze menselijke druktemakerij vroeg of laat (maar meestal vroeg) opgaat in de kosmische achtergrondruis. Dat willen we niet. Daar verweren we ons tegen. Hoe? Door elkaar voortdurend verhalen te vertellen (moet je horen!) over ervaringen die ons het gevoel geven dat we bijzonder zijn. Over de uitzondering, dat zij bestáát.
Voor wie voorafgaand aan het lezen van Stikvallei al wat meer wil weten van de gebeurtenissen én een van de verhalen alvast wil aanhoren, is op YouTube de BBC documentaire Killer Lakes beschikbaar, waarin o.a. aandacht wordt besteed aan de Nyos-vallei.